Naar de Rinjani

dag 13 vrijdag 27 juli Per vlerkprauw gaan weer naar het vasteland, het is stralend weer en het tochtje, met een lekker windje en half in de zon is haast te kort. Op het strand staat Remy klaar om ons naar Senaru te rijden.
Vanaf Bangsal rijden we dan in ongeveer 2,5 uur via de nog zeer traditionele noordkust van het eiland naar het bergdorpje Senaru,
gelegen op 800 meter hoogte op de dichtbegroeide noordflank van de vulkaan de Rinjani. De kustweg is steeds heel mooi; wel vreemd om zwarte zandstranden te hebben, maar dat was op niordBali ook zo. Het landschap wordt hier al droger. Geen rijstterassen meer maar velden, en hier en daar ook mais, groenten en tabak.
Remy vertelt wat extra verhalen en mopjes uit Lombok. Hij heeft in elk geval geen last van de Ramadan want hij is een van de 10 pct Christenen op het eiland. We hadden tijdens de hele rit uitzichtop de imposante Rinjani-vulkaan die wel met zijn topje in de wolken verdween tijdens de middag.Met zijn 3726 meter hoogte domineert deze vulkaan heel Lombok.
Ten hoogte van Tanjung wordt vaak een heerlijke, maar pittige tonijnsate verkocht, zo niet vandaag- ramadan.
Vanaf Senaru zou je een schitterend uitzichtrichting zee en de vulkaan hebben; de zee zien we nog maar de vulkaan verdwijnt in dweilen. In het noorden van Lombok wonen nog veel
aanhangers van de oude Wetu Telu godsdienst. Er komen slechts weinig toeristen.
We komen aan in Pondok Senaru, een eenvoudig hotel met erg aardig personeel. Ze willen van alles voor je regelen. Op het terrein is een nest met 5 puppies van 4 weken oud; 3 bruine en twee witte. Voor het hotel de wereld aan kamerplanten in het groot, crotons, gatenplant, bougainville.
Naast onze kamer de tokeh, de haan en de muazzin..(s nachts)


Mobiel: 086812104141
Pondok Senaru